|
Heersers van de Nacht
(1) |
||||
|
|||||
Dank je wel voor je uitnodiging tot dit gesprek. Iets wat ik heel graag doe, om altijd dicht bij mijn publiek te staan. .. (ontbreekt vraag)... Ik ben tevreden over de tijd waarin ik geboren ben, onder een mooi sterrenbeeld, steenbok. Uiteraard kan ik me niet precies herinneren wanneer ik geboren ben. Ha, ha, natuurlijk niet, geen idee, ha, ha, ha. Maar nu terugkijkend ben ik tevreden met mijn tijdperk en wat ik daarin heb mogen doen. |
|||||
|
|||||
Ik herinner me uit die tijd de feesten ter afsluiting van het jaar. We voerden een toneelstuk op, waarin alle meisjes zogenaamd een dagje er op uit gingen om 'anguílas' *(heel kleine aaltjes; CV) te vissen. Ik weet nog dat ik heel stoer wilde doen en de grootste wilde vangen, waardoor ik in het water viel en door en door nat was. Dat soort details herinner ik me nog. Hoe dit toneelstuk heette, weet ik niet meer. Daar ontving je je eerste applaus? Hmm, ja, ze zullen wel geklapt hebben, maar laat ik eens denken. Ik heb deze periode vaak geanalyseerd en wat gebeurde was dat, tot jaloezie van de andere meisjes, ik altijd gekozen werd voor de belangrijke rollen. Oftewel, je werd benijd door je klasgenootjes. Ik denk het wel, achteraf analyserend. In die tijd had ik dat niet in de gaten. Hoe werd die jaloezie geuit? In ruzietjes onderling. Het wordt een lang verhaal als ik alles met elkaar in verband zou brengen. Maar..., ik zocht de vriendschap van deze meisjes op, herinner ik mij nu, en het kostte mij moeite deze vrienschap te winnen. Ze sloten mij buiten. Heb je nog wel eens enkele van deze klasgenootjes teruggezien? Jawel, er zaten namelijk nichtjes van mij op hetzelfde internaat en die zie ik weliswaar niet vaak, maar zo af en toe ontmoeten we elkaar. En hoe kijken ze nu tegen je aan? Ik geloof dat ze mij en mijn werk wel waarderen. Ze weten dat ik hard heb gewerkt om mijn plekje te veroveren. Ook al laten ze het misschien niet zo vaak merken, omdat we elkaar weinig zien. Ik heb één neef die ik wat vaker zie en hij zegt wel geregeld dat hij me zeer bewondert. |
|||||
|
|||||
Was je bang voor mensen, voor mannen, jongens? Voor alles, ik was een bang vogeltje. Ik voelde me altijd bezwaard, ik vond het eng alleen over straat te gaan. Maar toch, zoals ik al zei, was ik me er altijd van bewust dat ik wilde zingen. Zelfs toen ik nog zo jong was. Zelfs toen ik werkte, omdat ik thuis geld in het laadje moest brengen. Als het even kon zong ik, wat toch wel een verdienste was, gezien het feit dat ik zo verlegen was. Ongelooflijk! Maar waar! Soms ging ik naar feestjes van familieleden van mijn moeder, waar gezongen werd. Zij wilde dan dat ik ook zong en ik deed dat maar al te graag. Op één van die feestjes leerde ik iemand kennen, die mij vroeg waarom ik niet zang studeerde. Op die manier, ondanks het werk, doordat ik de gelegenheid had soms op feestjes te zingen, werd het mij nog duidelijker dat dat was wat ik wilde: zingen. De persoon die mij aanraadde zanglessen te nemen, stelde mij voor aan José de Jesús Morales. 'El Maestro'? *(Letterlijk zou ik dit met meester of leraar moeten vertalen, maar in dit geval wil Pacheco tevens respect uitdrukken voor de persoon. José de Jesús Morales was in die tijd één van de beroemdste zangleraren; CV). Ja, met hem begon ik te studeren. Ik kon nog steeds om financiële redenen het werk niet verlaten, maar het was in die periode dat ik definitief besloot dat ik niet wilde werken. Dat ik me volledig wilde toewijden aan de muziek. Je wist dat je wilde zingen, maar wist je ook al dat je je wilde specialiseren in de Mexicaanse traditionele muziek? Nee, ik wist alleen dat ik wilde zingen. Op dat moment wist ik nog niet welk genre. Ik luisterde in die tijd veel naar bolero´s. Het trio 'Los Diamantes' was toen erg in. Zij zongen vooral bolero's en mij lokte het erg ook dit soort liedjes te zingen. |
|||||
|
Maria bij La XEQ |
Hoe kwam je terecht bij La XEQ, wat we als het vertrekpunt van je carrière kunnen zien? José de Jesús Morales ving mijn ijver op en wilde me voorstellen bij de radio. Hij nam me eerst mee naar een ander station van La XEB, maar de directeur was niet aanwezig. Ik weet niet meer wie dat was in die tijd. Ik was nog heel jong en onervaren en wist absoluut niets van dit wereldje. Ik wist alleen dat ik iets wilde ondernemen, zodat ik zou kunnen zingen. Toen bleek dat de directeur niet aanwezig was, was de teleurstelling van mijn gezicht af te lezen. Om me te troosten nam hij me mee naar het grote XEQ, onder het mom: ,,Je bent nog niet klaar voor een auditie in La Q, maar misschien is er een mogelijkheid in de toekomst, laten we gaan kijken.´´ En dus gingen we naar La Q, met het grote geluk dat we daar meneer Cardona tegen kwamen. Hij zag blijkbaar wat in mij, misschien iets voor later, want hij wist wel dat ik nog maar net was begonnen met zangles. | |||
Wat voor auditie moest je doen? Ik moest een liedje zingen. Weet je nog welke? Precies weet ik het niet meer. In die tijd waren liedjes van Tomás Méndez in de mode, 'Gorrioncillo pecho amarillo', 'Cucurucucu Paloma'. Toen meneer Cardona mij zag, wetende dat ik nog niet professioneel was, zei hij dat ik niet mijn heil elders moest gaan zoeken. Dat hij me een kans zou geven in programma's van een kwartier bij La Q, waarin nieuwe artiesten de kans kregen. Sommigen echter hadden toch al jaren ervaring en zongen heel goed. Ik was echter nog een groentje. Meneer Cardona zag toch wat in mij. En aan de ene kant was de kans die hij me gaf een uitkomst en ik was uiteraard gelukkig te mogen zingen bij zo'n belangrijk station, maar aan de andere kant ... , ik had werkelijk geen enkele ervaring. |
|||||
|
|||||
Ik herinner me trouwens nog iets van die eerste programma's van een kwartier. Bij de allereerste kans die ik daar kreeg kwam de mariachi niet opdagen. Wat een ellende! Wat deed je toen? Nou ja, ik kon dus niet zingen. Weer een teleurstelling voor mij, maar ook weer een leuk gebaar van meneer Cardona, toen hij me zo teleurgesteld zag, doordat ik niet had kunnen zingen. Mijn mensen die met mij mee waren gekomen om mij te steunen bij mij eerste optreden, zaten nog steeds op mij te wachten, maar er gebeurde niks. Om me wat te troosten nodigde meneer Cardona me uit voor een programma dat elke zaterdag werd uitgezonden. Een programma van meer niveau en nu wel met publiek. Ik weet nog dat ik toen wel met het probleem zat wat ik aan moest trekken. Ik had niks en ook geen geld, noch kennis van kleding. Op één of andere manier lukte het me een donkerblauwe rok te kopen met witte bloemetjes daarop geborduurd en een wit bloesje. Ik maakte me zo goed mogelijk op en zo presenteerde ik me in dit programma. Daar was ook het trio Los Aguilillas, die al heel lang professioneel en goed bezig waren. Maar toch ontving het publiek mij goed. Zo kwam het dat ik een sprong kon maken van het programma van een kwartiertje naar dit beter gerenomeerde programma, doordat de mariachi niet kwam opdagen. |
|||||
|
|
Daar wilde ik naar toe. Hoe defineer jij je stijl? In die tijd zeiden veel mensen dat mijn stijl te fijntjes was om de Mexicaanse muziek te zingen. Toen ik er echter mee begon, beviel het me direct uitstekend. Ik wist al gauw dat dat de muziek was die ik moest zingen. Ik had niet het gevoel dat mijn stijl te fijn was. Dat was eenvoudigweg mijn stijl. Heb je nooit overwogen van stijl te veranderen om succes te hebben? Had je niet zo iets van: Lola zingt zó en het gaat haar goed, dan ga ik ook maar zo zingen? Nee, nee, nee, nee, ik zong omdat ik hield van zingen en daarom moest ik het doen zoals ik het voelde. Dat was één van de grootste obstakels die ik moest nemen om door te breken. | |||
Maar toch had je een vlotte carrièrestart. Ja, het was goed dat ik besloot met werken te stoppen. Ik moest die beslissing nemen, ookal veroorzaakte het problemen. Ik kreeg weliswaar kansen, maar er werd niet veel betaald, 10 of 7 pesos. En geen zekerheid. Geen zekerheid, want soms had je één of twee optredens en soms niks. Dus het was een risico het werk op kantoor te verlaten, waar ik een vast inkomen had. Maar ik merkte dat als ze me belden voor een programma, dat niet te combineren was met mijn werk. Dat was voor mij vreselijk, want ik wilde zingen. Vandaar dat ik stopte. Mijn ouders, of beter gezegd mijn vader, was er niet over te spreken dat ik een zangcarrière zou beginnen. Mijn ooms, die me geholpen hadden gedurende het jaar dat ik handel studeerde, waren het er ook niet mee eens. Ze zeiden dat ze me een korte opleiding zouden betalen. Een typecursus, steno, dat soort dingen. Maar nee, ik zei dat ik het risico wilde nemen en door wilde gaan met zingen. Uiteraard bracht het problemen, want ik verdiende niet meer hetzelfde. Veel minder en soms niks. Mijn ouders waren soms haast wanhopig en vroegen of ik alsjeblieft niet elders werk kon gaan zoeken om weer thuis bij te kunnen dragen, want we waren een grote familie. Dat wilde ik vragen. Hoeveel waren jullie? We waren met z'n tienen en ik was één van de oudsten, de derde. En dus was er geld nodig thuis. Het was zelfs zo, dat ondanks de kansen die ik kreeg bij La XEQ, ik toch nog op zoek ging naar ander werk om te kijken of het me daar beter af ging, maar het lukte niet. Ik weet nog dat ik op pad ging met mijn zus. We vonden wel wat, maar ik voelde me zo ongelukkig, dat ik de volgende dag niet meer terugkeerde. En dus ging ik door op mijn manier, ook al voelde ik me beroerd, omdat mijn ouders me bleven verzoeken om economisch gezien bij te dragen. Maar ik hield vol ondanks de berispingen en kritiek van mijn ouders. Maar wat mooi dat je wist te luisteren naar de stem van jouw roeping. Zo niet, dan was je nu een goede kantoormedewerkster geweest, wat een respectabel beroep is, maar niet het jouwe. Jouw toekomst lag bij de muziek. Precies. Ik denk dat dat een belangrijke les is die María de Lourdes ons leert, dat wanneer iemand echt in iets gelooft, dan ook trouw moet zijn aan die roeping en aan die liefde. En daarnaast het doen uit liefde zonder te denken: 'ik ga veel geld verdienen', 'ik ga applaus krijgen', 'ik word rijk'. In de eerste plaats doe ik het uit liefde voor iets wat me fascineert en daarna de rest. Ik dacht nooit aan het geld. Juist! Ik dacht alleen maar aan zingen. |
|||||
|
|||||
|
|||||